AV Impala Drachten

Topprestaties bij Impala… wie schrijft, die blijft!

14 December 2023

Zoals u weet bestaat Impala 60 jaar. Het is ondoenlijk om alle topprestaties die door Impalezen bij kampioenschappen zijn geleverd, stuk voor stuk op te sommen. Een groot aantal leden hebben gedurende de afgelopen jaren eremetaal behaald bij de Nederlandse kampioenschappen. In 1968 werd het eerste NK-goud binnengehaald en daarna volgden er nog tientallen plakken voor individuele atleten. Helaas is het ook ondoenlijk, omdat niet alles meer zwart op wit staat. Tot eind jaren 90 werden de leden nog zo’n acht keer per jaar met een clubblad (‘De Rooibok’, het Zuid-Afrikaanse woord voor Impala) verblijd. Toen het internettijdperk zijn intrede deed, betekende dat ook het einde van de papieren versie van het clubblad, en daarmee ook het einde van de vaak kleurrijke wedstrijdverslagen en prestatieoverzichten. Het gebruik van het internet heeft ongetwijfeld een besparing van een hoop papier opgeleverd, maar het is wel jammer dat op deze wijze van meer recent geleverde prestaties en competitieprestaties weinig meer terug is te vinden.

Een clubprestatie

Na deze verzuchting is het tijd om de aandacht te vestigen op een bijzonder ‘clubprestatie’. Atletiek is weliswaar een individuele sport, maar als je als ploeg met elkaar een mooi resultaat scoort, heeft dat toch extra waarde. Dat Femke Bol op de 400 horden met overmacht wereldkampioen wordt, is natuurlijk prachtig. Maar dat een Nederlands viertal de 4×400 meter in Boedapest wint, is toch net wat specialer. Dat Femke Bol met haar formidabele finish het goud kon binnenslepen, was zonder de topprestaties van haar mede-ploeggenoten Eveline Saalberg, Lieke Klaver en Cathelijn Peeters onmogelijk geweest.

In onze clubhistorie zijn helaas maar weinig van dat soort ‘groepsprestaties’ terug te vinden. Daarom is het zo bijzonder dat onze damescompetitieploeg in 1986 Nederlands Kampioen werd in de eerste klasse en in het daaropvolgende jaar zelfs vijfde werd in de landelijke hoofdklasse (zeg maar de ‘eredivisie’ van de atletiek). Een vijfde plaats zult u zeggen, da’s geen medaille. Dat neemt niet weg dat dit voor een plattelandsploeg als Impala echt een unieke prestatie was. Net achter de grote verenigingen uit de Randstad op deze plaats eindigen geeft echt aan hoe sterk deze ploeg op dat moment was.

Hoe dat zo kwam?

Impala en competitiedeelname is een verhaal van ups en downs. De heren van Impala hadden zich in de jaren 70 al een aantal malen aan een competitie avontuur gewaagd. Zoals dat hoort, onderaan beginnen, in de vierde klasse. Dat was allemaal niet bijster succesvol. Wel is het bijzonder om in het clubblad te lezen dat enkele deelnemers, bij gebreke van een autoradio, zich tijdens de heenreis naar de wedstrijd, bezighielden met het luidkeels ten gehore brengen van enkele rode strijdliederen. In het verslag uit 1970 valt te lezen dat onderweg ‘de internationale’ en ‘te wapen, verschopten der aarde’ luidkeels werden aangeheven. Kom daar vandaag eens om, we leefden toen nog midden in het tijdperk van Joop den Uyl.  Zoals u ziet, de bezieling was groot, maar veel helpen deed het allemaal niet. De heren eindigden, zo valt te lezen, op een roemloze laatste plaats. Bij latere pogingen werd éénmaal wel een finaleplaats bereikt, maar daaraan werd niet deelgenomen. ‘Te ver weg’ is het enige dat daarover te lezen valt.

De dames beleefden hun eerste competitie-optreden in 1980. En hoe! Onze dames werden, zo staat te lezen in een krantenartikel uit september van dat jaar, meteen eerste in de vierde klasse, tijdens een zonovergoten finale in Zevenaar. De heren vielen dat jaar door twee mislukte voorronden enigszins sneu buiten de boot. Het damesteam was echter klein, het bestond uit zes dames: Lineke Jansma, Geertien Drost, Janneke- en Trees Bosma, Anneke Berk en Anke Schilstra. Het kampioenschap gaf recht op promotie, dat was echter geen verplichting. Je kon toen naar eigen inzicht inschrijven in de vierde of derde klasse. Vanwege de toch wat smalle basis werd daarom het volgende jaar opnieuw deelgenomen met bijna dezelfde ploeg in de vierde klasse. U raadt het al, wederom werd het kampioenschap binnengesleept. Toch maar eens hogerop proberen in de derde klasse! Vol goede moed werden zowel een dames- als herenteam ingeschreven in de derde klasse. De eerste wedstrijd vond dat jaar plaats op Papendal. Boven het krantenverslag van die wedstrijd stond de veelzeggende kop: ‘Impala dames eerst en heren laatst in tussenklassement’. Tijdens de tweede wedstrijd in Hengelo ging het met beide ploegen veel beter, zodat beide ploegen uiteindelijk de landelijke finale bereikten. Die werd dat jaar in Drachten gehouden. Tijdens een zeer regenachtige wedstrijd toonden de dames zich wederom superieur en promoveerden richting de tweede klasse. De heren eindigden op een teleurstellende vijfde plaats, net niet genoeg voor promotie. Dat was overigens ook niet terecht geweest, aangezien één van de heren hordenlopers het eerste hekje dat hij tegenkwam niet passeerde door er overheen te gaan, maar door er op de naastgelegen lege baan omheen te snellen en pas bij de tweede horde aan het echte werk te beginnen. Vele ploeggenoten hadden deze bijzondere hordenpassage wel gezien, vreesden daarom diskwalificatie, maar vreemd genoeg had geen enkel jurylid of tegenstander daar een opmerking over!

Het volgende jaar, we praten inmiddels over 1983, werd de damesploeg verdienstelijk derde in de landelijke finale van de tweede klasse. Net geen promotie, maar natuurlijk veelbelovend. De heren slaagden er met een vierde plaats in de landelijke finale in toch naar de tweede klasse te promoveren.

In 1984 werd het dus weer echt gezellig toen beide ploegen hun kunsten in de tweede klasse mochten vertonen. Dat genoegen duurde maar één jaar, want de dames behaalden in Zwolle een tweede plaats achter de organiserende vereniging PEC, hetgeen recht gaf op promotie naar de eerste klasse. De heren, u raadt het al, wisten zich met moeite te handhaven.

Promoveren naar een hogere competitieklasse is natuurlijk een eervolle zaak, maar het roept ook de nodige problemen op. Hoe hoger het niveau, hoe meer atletiekonderdelen je tijdens de wedstrijden moet bezetten. Gelukkig kon daar door instroom van enkele talentvolle jeugdleden in worden voorzien. Daarnaast was de snelle opkomst van de Impala dames ook enkele atletes van naburige verenigingen niet ontgaan, zodat in 1985 een aantal nieuwe gezichten in de damesploeg konden worden verwelkomd. Mede door de versterking van de ploeg met onder meer Bea Wiarda uit Sneek (een groot aantal keren Nederlands kampioen discuswerpen) bleek het zelfs mogelijk in de eerste klasse leuk mee te draaien. Tot ieders verassing werd Impala in de landelijke finale in Leiden derde. De opkomst van de dames bleek onstuitbaar. In het volgend jaar werd wederom op sloffen de landelijke finale gehaald. Het septembernummer van de Rooibok van 1986 is nagenoeg alleen gevuld met alle gebeurtenissen die rondom de finale, die in Krommenie plaatsvond. Zelfs de hoofdredacteur van de Rooibok, Wim van de Graaf, was meegereisd om verslag te doen van dit heugelijke feit. Ook waren voorzitter Klaas de Haan en enkele bestuursleden aanwezig. De voorzitter, doorgaans een man van weinig woorden, voelde zich geroepen alle dames voor het begin van de wedstrijd nog even plechtig toe te spreken.

Uit het wedstrijdverslag blijkt dat alle dames uitstekend presteerden. Geen moment leek de overwinning in gevaar te komen, totdat de estafette van de reserveploeg volkomen de mist in ging. Als ik het goed begrijp werd het stokje in het tweede wisselvak staande in plaats van lopend aan de volgende loopster overhandigd, hetgeen natuurlijk resulteerde in een erbarmelijke tijd. Op zich niet zo erg, maar het legt natuurlijk wel extra druk op het eerste estafette team. Die kan zich dan natuurlijk geen fouten permitteren. Ondanks de hoog oplopende spanning wisten ze op het afsluitende onderdeel een tweede plaats te behalen. Daarmee werd het kampioenschap van de 1e klasse  binnengesleept.

Na het lopen van een ereronde en het nodige feestgedruis werd de bij het kampioenschap horende A.J.G. Strenholt beker door het team in ontvang genomen. Impala was zo de eerste Friese vereniging die erin slaagde de landelijke hoofdklasse te bereiken.  ’s Avonds werd in het clubhuis door de kampioenen en clubleden het behaalde kampioenschap uitbundig gevierd.

De top bereiken is moeilijk, daar blijven nog net een tikkie moeilijker. Het is nogal wat, als je als kleine vereniging moet opboksen tegen erkende grootmachten als ADA (Amsterdamse Dames A(tletiekclub, is inmiddels opgegaan in AAC), AVR (Atletiek Vereniging Rotterdam) en Sparta (uiteraard ook Rotterdam). Desondanks werd 1987 het absolute hoogtepunt voor Impala, als je tenminste naar de competitie prestaties kijkt. Na twee wedstrijden stond Impala op de 5e plaats, hetgeen recht gaf op een plek in de kampioenspoule (de beste 6 ploegen). In een jaaroverzicht van 1987 lezen we dat in de op 13 september gehouden wedstrijd Impala wederom 5e werd! Een absolute topprestatie, die helaas nooit meer is geëvenaard. Jammer genoeg is in ons clubblad-archief geen verslag van die wedstrijd terug te vinden. Wellicht waren onze dames zo opgelucht na deze wedstrijd, dat het verslag er even bij in is geschoten.

Ook na dit glorieuze jaar kon Impala zich nog een paar jaar in de hoofdklasse handhaven. Het werd echter steeds moeilijker. Doordat een aantal atleten stopten met topatletiek en daarnaast ook een aantal atletes buiten Drachten een baan vonden, was na enkele jaren degradatie onvermijdelijk.

Om niemand te kort te doen volgen hier de namen van alle atletes die deel uitmaakten van de zeer succesvolle ploeg:

  • 100 mtr horden: Janneke en Trees Bosma
  • 800 mtr.: Reina Rona en Marjan in’t Velt;
  • discuswerpen: Bea Wiarda en Esther de Wolf;
  • 3000 mtr.: Nicole Bouma
  • Verspringen: Karin Huigen en Agnes Rinsma
  • 100 mtr.: Ineke de Jong en Margriet Rota
  • hoogspringen: Agnes Rinsma en Karin Huigen
  • kogelstoten: Kitty van der Velde en Monique Cnossen
  • 400 mtr. horden: Ineke de Jong
  • Speerwerpen: Moniqu Cnossen en Kitty van der Velde
  • 200 mtr.: Margriet Rota en Jenny de Boer
  • 400 mtr.: Janneke Bosma en Reina Rona
  • De trainers waren onder meer: Jan Benus, Henk Kraaijenhof en Lub Wiarda

Tot zover de competitiesuccessen van onze Impala dames. En de heren? Voor hen was meedoen in de tweede klasse het hoogst haalbare. Onder het motto: ‘meedoen is belangrijker dan winnen’ bleef de groep daar zo’n beetje hangen. Desondanks werd er veel lol beleefd. Mooi zijn de verslagen van de competitiewedstrijden, waaraan werd deelgenomen. Ter illustratie een paar regels uit het verslag van de wedstrijd van 21 juni 1987:

“Plichtsgetrouw als X (nee we noemen geen namen) altijd is, nam hij ook ditmaal, ondanks een onwillige achillespees de polsstok ter hand. Ook ditmaal maakte hij er weer een boeiende vertoning van. Bij zijn poging op 3.20 trad er enige aarzeling op bij X. Tijdens het opstijgen wist hij niet meer of de stok danwel links, danwel rechts gepasseerd moest worden. Zoals we van X gewend zijn koos hij ook ditmaal voor een originele, zij het wat ongebruikelijke oplossing. “Dan aan elke kant van de stok maar een been” Dit nu geeft bij het opstijgen geen enkel probleem. De landing wordt met deze techniek echter ernstig bemoeilijkt aangezien de stok op hinderlijke wijze in de weg komt te zitten. U begrijpt het, de poging mislukte dan ook. Bij het toegestroomde publiek sloeg deze techniek echter uitermate goed aan. Na een minuut of vijf lagen nog steeds enkele supporters krom van het lachten in het gras.”

Raakte Mr. X. ‘beschadigd’ door een dergelijk voorval? Ter geruststelling kan ik u meedelen dat mr. X. geen lichamelijke schade aan het incident heeft overgehouden en evenmin een trauma. Sterker nog, het heeft hem alleen maar gestimuleerd om zich te verdiepen in onze mooie sport. Een paar decennia later werd de beste man vakdocent atletiek aan de academie voor lichamelijke opvoeding.

 

 

 

Sponsors